In de komende jaren zal Nederland met een grotere groep ouderen te maken hebben. Rond 2030 zal een kwart van onze bevolking bij de groep van ouderen boven de 65 jaar horen. Deze vergrijzing heeft gevolgen voor de organisatie van onze steden, wijken, straten en woningen. Zowel onze bestaande woningvoorraad, als ook de publieke ruimte, is hier nog niet goed op voorbereid. Parallel verandert ook de zorg voor ouderen van geïnstitutionaliseerde zorg naar meer informele zorg die thuis aangeboden wordt. Door de verandering naar een vergrijzende bevolking zullen er namelijk minder helpende handen zijn voor meer behoeftigen en zullen we ook aangewezen zijn op informele hulp, familieleden, vrienden en buren.
Zo zullen ook in de Delftse wijk Tanthof steeds meer ouderen wonen. De verandering is nu al te merken: in de jaren tachtig van de vorige eeuw zijn de bewoners met hun jonge gezinnen hier komen wonen, nu zijn de nesten leeg en blijven de oudere bewoners achter, in een wijk die hun aan het hart gegroeid is, maar niet perse ideaal ingericht is voor het moment dat ze zorg nodig zullen hebben. De vraag is dan ook:
Wat heeft een wijk nodig zodat iedereen er kan blijven wonen, ook al wordt het wat moeilijker en is er hulp en misschien zelfs zorg nodig?


In een tien weken durend vak hebben negen architectuur masterstudenten van de TU Delft, faculteit architectuur, onderzoek gedaan naar deze vraag voor Tanthof West. De studenten hebben de buurt meermaals bezocht en veel observaties gedaan over de publieke ruimte en haar wel- of niet seniorvriendelijke aanleg en inrichting. Vervolgens zijn de studenten in gesprek gegaan met bewoners, woningbouwcorporatie Vidomes en de gemeente Delft.
Belangrijk in dit onderzoekende proces was ook een verdieping in de doelgroep zelf. Hoe ziet een dag in het leven van een oudere eruit? Hoe groot zijn loopafstanden die met een rollator of rolstoel afgelegd worden? Wat zijn de plekken waar ouderen naartoe gaan en waar ze anderen kunnen tegen komen? Ook thema’s zoals toegankelijke- en dementievriendelijke wijken, buitensport voor ouderen, en wensen van ouderen voor vrijetijd besteding werden belicht.
Binnen de groep van negen studenten deed één studente vanuit de afdeling stedenbouw mee aan dit vak. Zij richtte haar aandacht op een dementievriendelijke wijk met veel stimuli door diverse publieke tuinen met verschillende planten en geuren te ontwerpen. Belangrijk voor dit ontwerp was de herkenbaarheid van de tuinen en markeringen zodat ouderen de weg naar huis terug vinden. Andere studenten zagen de noodzaak voor meer collectieve ruimtes.

Belangrijk voor alle studenten was het vergroten van de diversiteit onder bewoners om te voorkomen dat er te veel zorgbehoevende mensen bij elkaar wonen. Gezinnen met kinderen, studenten, alleenstaande mensen en ouderen zouden samen een woonbuurt kunnen creëren waarin zorg voor elkaar onderdeel van het wonen met elkaar wordt. De onderzoeksresultaten kunnen in enkele thema’s verdeeld worden:
- Transformatie van bestaande huizen: Meerdere studenten hebben een transformatie van de bestaande rijtjeshuizen voorgesteld en uitgewerkt, met een aanvulling achter het huis, of op de bovenverdieping. Vervolgens kunnen de huizen gesplitst worden in een gelijkvloerse seniorenwoning op de begane grond en een tweede woning, voor starters bovenop, of zelfs voor gezinnen, naargelang de grote van de uitbreiding.
- Collectieve tuinen: Tuinen, die nu privé zijn en niet voor ontmoeting zorgen, werden in veel plannen geopend om mooie binnenhoven te realiseren waarin mensen elkaar tegen komen en met elkaar samen gemeenschappelijke moestuinen hebben. Jong en oud kunnen elkaar dan spontaan ontmoeten. Daarbij blijven er kleine persoonlijke terrassen direct aan het huis bestaan, wat vaak al voldoende is voor een oudere die een hele tuin niet meer kan bewerken.
- Nieuwe aanvullingen: Toevoegingen van nieuwe gebouwen waar mogelijk, met bijzondere functies zoals een collectief wooncomplex waarin woongemeenschappen van jong- en oud kunnen ontstaan.
- Zorgpersoneel in de wijk: extra woningen voor zorgpersoneel werden geïntegreerd in de ontwerpen. Met een zorgpost in de buurt zou een verhuizing naar een verpleeghuis niet meer nodig hoeven zijn.
Al met al boden de ontwerpen volop inspiratie en een goede en realistische aanzet voor een meer inclusieve woonomgeving, die niet alleen in Tanthof-West tot denken aan zet, maar ook in andere woonwijken.
Bovenste afbeelding: Hannah Bos